Speech Bredase Veteranendag 2025
Deze tekst kan afwijken van de daadwerkelijke speech die burgemeester Paul Depla gaf. Hierbij geldt het gesproken woord.
Goedemiddag dames en heren. Welkom op deze bijzondere dag. Een bijzonder welkom voor de veteranen, voor hun familieleden. Een hartelijk welkom voor de kinderen en kleinkinderen van de KNIL-militairen die in Nederlands-Indie vochten tegen de Japanse bezetter. En natuurlijk een hartelijk welkom voor de families van de Poolse veteranen. Zij die onze stad hebben bevrijd.
Zoals u weet, werden Breda en de regio een half jaar voor de rest van Nederland bevrijd. Dat vierden we vorig jaar uitgebreid. En dat is goed. Want de vrijheid moet je vieren.
Dat kan niet vaak genoeg. Daarom is het meer dan goed dat we ook deze dag stilstaan bij het herwinnen van onze nationale vrijheid op Nederlands grondgebied. De vrijheid in Nederlands-Indië werd pas in augustus 1945 bereikt.
Gisteren herdachten we de slachtoffers. Vandaag staan we stil bij onze vrijheid. We wijden er zelfs een meerdaags Bevrijdingsfestival aan. De samenwerking tussen het Bevrijdingsfestival, de Molukse gemeenschap, de Poolse veteranen en de Stichting Bredase Veteranen Breda is dan ook een mooi voorbeeld van onze stadsslogan: Breda brengt het Samen.
Vrijheid is duur, zo ondervinden we vandaag de dag. Want we zien het allemaal: onze vrijheid staat onder druk. Op een manier die we vijf jaar geleden niet voor mogelijk hielden. De afgelopen tachtig jaar waren er geen oorlogshandelingen op Nederlands grondgebied. Dat willen we uiteraard graag zo houden. Maar dat is niet vanzelfsprekend. Aan de ene kant hebben we de concrete dreiging van het conflict tussen Oekraïne en Rusland. Die oorlog heeft ook voor ons land grote consequenties, zo blijkt.
We moeten ons beter voorbereiden op een mogelijke escalatie van het conflict, met veel uitgebreidere bewapening tot gevolg. Daarnaast zijn er veel Nederlandse militairen aanwezig in de Baltische staten, die direct aan Rusland grenzen.
De consequenties blijken ook op de NLDA, of de KMA. Op deze plek in het centrum van Breda worden de officieren opgeleid die ons land moeten beschermen tegen de dreiging van oorlog. Ook bij de staf en de cadetten van dit opleidingsinstituut neemt de spanning toe, dat is merkbaar. Daarbij komt de herijking van de verhoudingen binnen het NAVO-verband.
Die zijn minder zeker dan we gewend zijn. Het Europese deel van het bondgenootschap zal hierdoor meer op eigen benen moeten staan.
De militaire inlichtingen- en veiligheidsdienst waarschuwt daarnaast voor concrete aanvallen in de digitale wereld. Het is een nieuwe vorm van oorlogvoering. Sabotage om onze wereld te ontregelen. Vitale infrastructuren in onze samenleving moeten beter worden beschermd om die dreiging het hoofd te bieden.
Naast de oorlog in Oekraïne, is er de oorlog in het Midden-Oosten. We zien het op een dag als vandaag dat deze oorlog tot spanningen leidt in de Nederlandse samenleving. Spanningen en tegenstellingen die een kans zijn voor de tegenstanders van onze vrije democratie.
Dat brengt me op een tweede gevaar dat onze vrijheid onder druk zet. Dat is de ondermijning van onze democratie. Dat is iets wat mij grote zorgen baart. En er is een parallel met de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog. We zien vandaag hoe snel vrijheid, democratie en de rechtsstaat kunnen
eroderen. Die zijn nog altijd kwetsbaar, en dat zien we nu dagelijks om ons heen. De verdedigingslinies, zoals grondwetten, universele verklaringen van de rechten van de mensen, internationale verdragen en een internationale rechtsorde, blijken brozer dan we hadden gedacht en gehoopt. Vrijheid, democratie en rechtsstaat zijn geen vanzelfsprekendheden.
Het vergt een ijzeren wil om onze vrijheid, democratie en rechtsstaat te behouden. Het afbreken van onze vrijheid, democratie en de rechtsstaat is veel makkelijker dan het herstel daarvan. Het vergt een gemeenschappelijke inzet, of zelfs strijd, om de democratie te beschermen.
En dat brengt ons als vanzelfsprekend op diegenen die we vandaag op deze Bevrijdingsdag eren. De veteranen. De mannen en vrouwen die, vaak ver van huis, het beste van zichzelf gaven ter bescherming van ons en onze democratie. Ze dienen een blijvend belang voor vrede en veiligheid.
Dit jaar vieren we het 20-jarig bestaan van de Nederlandse Veteranendag. En het 10-jarig bestaan van de Veteranenwet, de wettelijke basis voor de erkenning van en de zorgplicht voor de veteranen door de overheid. Op 29 juni is in Den Haag de jaarlijkse Veteranendag. Daarop bedankt heel Nederland de ruim 100.000 veteranen voor hun inzet voor vrede en veiligheid. Zowel nu als in het verleden.
In Breda doen we dat vandaag. Een dag van erkenning en herkenning. We staan hier bij het Witte Anjer Perk in het park Valkenberg. Dat is vorig jaar, bij de viering van onze 80-jarige bevrijding, aangelegd als permanente herdenkingsplek voor de Bredase veteranen. Nederlanders, Polen en de oud-strijders van de KNIL.
We zijn hen veel dank verschuldigd. Dat waren we toen, dat zijn we nu. Dat blijkt ook uit de toekenning van de erepenning voor veteranen door de Provincie die u in het kader van 80 jaar Bevrijding heeft ontvangen. Ook in de toekomst verdienen onze veteranen veel erkenning. Ik vind weleens dat we hun inzet, zowel in de laatste oorlog als daarna, bij de vredesmissies, als te vanzelfsprekend beschouwen.
Dat is het niet. Verre van dat zelfs. Ze hebben een cruciale rol in de bescherming van onze vrijheid en democratie. We zeggen vaak dat we, gelukkig, een generatie zijn die geen oorlog heeft meegemaakt. Dat geldt echter niet voor de veteranen. Die zetten zich in voor onze vrede en veiligheid en die van anderen. Vaak in oorlogsgebied, onder de moeilijkst denkbare omstandigheden. Met gevaar voor eigen leven.
Bij hun terugkomst ontvingen ze vaak niet de waardering die ze verdienen. Dat geldt voor de militairen die na de Tweede Wereldoorlog bij tal van vredesmissies werden ingezet. En dat geldt vooral voor de Molukse KNIL-strijders. Velen van hen droegen de littekens, zowel lichamelijk als geestelijk, van de oorlogshandelingen. De manier waarop zij in Nederland werden ontvangen, het gebrek aan waardering en respect dat daaruit sprak, zorgde voor extra littekens. Die hadden voorkomen kunnen worden. Het grote leed en het gebrek aan begrip en erkenning werden verzwegen. Dat deed veel met deze mensen. En ook hun partners en andere familieleden, tot aan de huidige generaties toe.
Vergelijk het met het eerbetoon dat de laatst levende Poolse bevrijder, Gregoriusz Niedzielski, vorig jaar oktober kreeg. Dat eerbetoon was helemaal terecht. Maar het contrast met de lof voor onze andere veteranen, Moluks en Nederlands, kon niet groter zijn.
Dat maken we niet meer ongedaan, helaas. Maar we kunnen er wel van leren. En ruimte geven om stil te staan wat de veteranen is overkomen.
Wat mij betreft is dit de ideale plek waarop we jaarlijks stilstaan bij de rol die de veteranen hebben gespeeld, en onze waardering daarvoor uit te spreken. We streven ernaar om dit een gedenkplaats te maken in bredere zin. Ook voor andere Bredase organisaties met een relatie tot oorlog, vrede en veiligheid.
Als Bredase gemeenschap koesteren we de samenwerking met onze Molukse inwoners. Dit Witte Anjerperk is samen met de andere monumenten wat mij betreft de ideale plek voor een jaarlijkse herdenking van hun geschiedenis.
Laten we samen de vrijheid koesteren en vieren. Iedere dag weer. De vrijheid verdient dat. De veteranen die hiervoor hebben gezorgd, verdienen het.
Ik dank u voor uw aandacht.