Martin: “Vreselijke omstandigheden, prachtig werk”

Vorig jaar februari brak de oorlog uit in Oekraïne. Een maand later kwam het verzoek om voor de Oekraïense vluchtelingen opvang te regelen. De opvang voor langere termijn kwam in De Koepel. Ruim 1000 vrijwilligers en vele donateurs zorgden ervoor dat de voormalige gevangenis niet alleen een tijdelijk huis, maar ook een veilig thuis werd voor 385 vluchtelingen. De meeste bewoners zijn tussen de 18 en 64 jaar, maar er is ook een groep onder de 18 en een groep van 65 jaar en ouder. Dat alles moet in goede banen geleid worden. Dat doet locatiemanager Martin: ”Ik doe dit werk omdat er oorlog is. Dat is vreselijk. Maar, dat ik dit mag doen en wat ik kan betekenen voor de mensen, is prachtig. Het is de mooiste klus die ik ooit gedaan heb.”

Saamhorigheid

“Toen in maart de vraag naar opvang van Oekraïense vluchtelingen kwam, ben ik naar voren geschoven. Op dat moment was ik nog beleidsmedewerker Sport en had ik een bescheiden rol in de crisisorganisatie.” Martin is als locatiemanager dagelijks in De Koepel te vinden. “Mijn belangrijkste taak is ervoor te zorgen dat iedereen zich hier veilig voelt en dat de nodige zorg geleverd wordt. Daarnaast ben ik de brug tussen deze locatie en de collega’s op het stadskantoor, zodat we samen aan de juiste zaken werken.” Mensen die hier wonen zijn uit een oorlog gevlucht, hebben van alles meegemaakt en hebben veel vragen. Bijvoorbeeld over hun toekomst, school, verzekeringen, geld, medische zorg, een verblijfstatus, juridische zaken of het kopen van een auto. “We zorgen ervoor dat de juiste partijen aanwezig zijn om hen te helpen en anders doe ik het zelf. Kortom, we helpen hen  om zo goed mogelijk in onze Bredase samenleving te integreren. Zo is een bewoner hier een eigen klusbedrijf begonnen; dat deed hij in Oekraïne ook. We helpen hem dan met de inschrijving bij de Kamer van Koophandel. En hij krijgt ook informatie hoe hij hier in Nederland om moet gaan met zaken zoals de belastingaangifte.”

Samenwerken

“Ik zeg ‘we’, want ik doe dit natuurlijk niet alleen, maar samen met vele partijen. Het is zo gaaf om te zien dat iedereen z’n steentje bijdraagt! De oorlog is vreselijk, maar het saamhorigheidsgevoel dat hierdoor ontstaat, is prachtig. Vooral het gevoel dat we iets neerzetten dat we nog nooit hebben gedaan, is zo bijzonder. Dan heb ik het bijvoorbeeld over de inzet van Future Dome, het onderwijsteam van de gemeente, de collega’s van participatie, wijkzaken, het Werkgeverservicepunt, Vluchtelingenwerk, huisartsen en Zorg voor elkaar Breda. Ik heb ook contact met politie en handhaving en via de beheergroep met omwonenden om ervoor te zorgen dat de veiligheid binnen en buiten de muren van De Koepel geborgd is. En om overlast zoveel mogelijk te voorkomen. Het is echt samenwerken, want ik kan dit werk alleen maar goed doen omdat mijn collega’s bij Sport mijn andere taken hebben overgenomen.”

Wooncommune

“Elke dag is anders”, zegt Martin. “Sleur kennen we hier niet. De ene dag helpen we iemand een baan te vinden, de andere dag moeten we een stevige ruzie sussen en handhavend optreden. Dat laatste komt gelukkig niet vaak voor, maar het gebeurt wel. Want je moet je voorstellen: er wonen hier 385 mensen die uit een oorlog komen en elkaar zo goed als niet kennen. En dan moet je het zien te rooien met elkaar. Of met elkaars kinderen. Met weinig privacy. Dat geeft nou eenmaal een bepaalde dynamiek. Maar ik ben trots op hoe het gaat. En op hoe weerbaar de mensen zijn. Het is zo mooi om te zien wanneer iemand werk heeft gevonden, uit school komt, Nederlands leert of voor een kind zorgt. De taalbarrière is wel heel ingewikkeld. De mensen spreken Oekraïens of Russisch, nauwelijks Engels. Gelukkig hebben we mensen in het team die die talen wel beheersen. Ook daarin heb je elkaar nodig. Waar zouden we zonder hen zijn?”

Uitdaging

Koken in De Koepel mag niet vanwege de brandveiligheid. Buurtsalon in Linie heeft een mogelijkheid gecreëerd om daar te koken. “Daar wordt nog nauwelijks gebruik van gemaakt”, weet Martin. “Dat vind ik jammer. Maar ik heb wel meteen een mooie uitdaging te pakken om werk te maken van de participatie buiten de muren van de Koepel. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor sporten. Nu gebeurt ook dat voornamelijk nog binnen De Koepel en nog maar in mondjesmaat bij een sportschool of bij een sportvereniging.”

Alles kwijt

Martin wil graag nog het volgende meegeven: “Ik hoor wel eens negatieve verhalen, zo van: “Die vluchtelingen mogen hier gratis wonen, krijgen eten en nog geld ook… Maar realiseer je dat deze mensen alles kwijt zijn. Zij zijn nu uit de oorlog, maar de oorlog is niet uit hen. Ze proberen hier een leven op te bouwen. En tegelijkertijd komen hier wekelijks berichten binnen dat mensen iemand verloren hebben in de oorlog. En dan is die oorlog ineens weer heel dichtbij. “

Mooie herinneringen maken

“Besef dat binnen deze muren gewoon kinderen opgroeien. We hebben dan ook met hen sinterklaas gevierd. Sinterklaas is op bezoek geweest, de kinderen hebben hun schoen mogen zetten en gesmuld van het snoepgoed. En veel bewoners hebben geholpen met het optuigen van de kerstbomen hier. Voor hun gevoel trouwens erg vroeg: kerst in Oekraïne wordt namelijk op 7 januari gevierd. In  Oekraïne zouden ze de boom op 31 december opzetten. Daar heet ie dan ook geen kerstboom maar een nieuwjaarsboom. Zo willen we ook mooie momenten vieren en herinneringen maken. Herinneringen maak ik zelf ook. Zo was ik afgelopen zomer ineens met m’n hoofd op de Nationale televisie van Oekraïne te zien. Er kwam een Oekraïense filmploeg langs om een item over opvang in gevangenissen te filmen. Geen idee dat het zo groot werd. Maar ook dat vergeet ik nooit meer.”

Thuis

Thuis heeft Martin samen met zijn vrouw een gezin met 3 (bijna) puberende kinderen. Hij speelt gitaar, is liefhebber van concerten en dol op muziek, fotografeert en is voetbaltrainer van het elftal van een van zijn dochters. “Juist door dit werk te doen, besef ik hoe goed ik het heb. En hoe veilig onze kinderen opgroeien. En nogmaals, ik heb het mooiste werk dat er is, maar ik hoop met heel mijn hart dat ik hier niet lang meer nodig ben. Dat zou namelijk betekenen dat de oorlog voorbij is.”