De comeback van Breda

19e eeuw

Koning Willem I besluit in 1826 om de KMA (Koninklijke Militaire Academie) in het Kasteel van Breda te huisvesten. Deze koninklijke academie geeft Breda weer aanzien en de militairen zorgen voor een opleving van de plaatselijke economie.

In 1853 wordt Monseigneur Joannes van Hooydonk de eerste bisschop van het nieuwe bisdom Breda. De eerste kathedraal wordt de Sint Antoniuskerk in de Sint Jansstraat. Later neemt de Sint Barbarakerk aan de Prinsenkade deze functie over. Deze kerk bestaat niet meer. En is de Sint Antoniuskerk opnieuw de bisschopskerk van Breda.

Interieur van bisschopskerk Sint Antonius, 2004

Interieur van bisschopskerk Sint Antonius, 2004

Aan het einde van de 19e eeuw zit Breda flink klem in zijn vestingwerken. Omdat vestingsteden als Breda niet meer nodig zijn om het land te verdedigen, worden in 1870  de grachten gedempt en de stadswallen afgegraven. Er komen singels en veel ruimte voor groen. Ook komen er steeds meer industrieën naar Breda. In deze tijd komen bedrijven op zoals de Etna, de Suikerfabriek, Kwatta, Faam en Hero.

Wereldoorlog II

Op 10 mei 1940 vallen de Duitsers Nederland binnen. Het Franse leger schiet te hulp en wil langs de Mark een verdedigingslinie aanleggen. Daarom wordt de hele bevolking van Breda op 12 mei geëvacueerd. De Vlucht blijkt later zinloos geweest te zijn. Breda wordt wel ingenomen door de Duitsers maar niet gebombardeerd. Onder de vluchtelingen vallen veel slachtoffers. Op 29 oktober 1944 bevrijdt het Poolse leger Breda onder leiding van generaal Stanislav Maczek.​​

Annexaties en gemeentelijk herindeling

Nadat in 1942 de dorpen Ginneken en Princenhage onderdeel werden van Breda, horen na de herindeling in 1997 Teteringen, Prinsenbeek, Ulvenhout en Bavel ook bij Breda. Op de ruimte tussen het centrum van Breda en de omliggende dorpen start dan snel de bouw van nieuwe wijken. In de 21e eeuw is Breda een grote stad met meer dan 180.000 inwoners.

Fotoboek de comeback van Breda